Bergerac

Appellaties Het recht op de d'origine contrôléeBergerac, Bergerac sec, Côtes-de-Bergerac, Côtes-de-Bergerac moelleux is erkend door het decreet van 11 september 1936 voor rode of witte Bergerac wijnen die geproduceerd zijn in het Bergerac district volgens een gebied dat is vastgesteld en gedefinieerd door het INAO.

De wijngaarden van Bergerac worden van oost naar west doorkruist door de Dordogne en worden bewaterd door een aantal zijrivieren. Geologisch gezien zijn de ontsluitingen in de regio voornamelijk verbonden met het Tertiair en Kwartair. De wijngaarden van Bergerac zijn aangeplant op zonnige hellingen (boulbènes en de kalkstenen terreforten van de Monbazillac heuvels) en plateaus (kalksteenplateaus uit het Tertiair en grind uit het Quartair) op beide oevers van de Dordogne. De oppervlakte van de Bergerac wijngaarden in productie is ongeveer 13.000 hectare, alle Bergerac A.O.C. wijnen samen, waarvan 7.500 hectare voor de Bergerac rode A.O.C. wijnen en 5.500 hectare voor de Bergerac witte A.O.C. wijnen.
De druivenrassen die gebruikt worden voor de rode Bergerac wijn zijn cabernet sauvignon, cabernet franc, merlot en in mindere mate côt of malbec, en minder vaak fer servadou, mérille of Périgord. Voor witte wijn uit Bergerac worden de druivenrassen Sémillon, Sauvignon, Muscadelle en, in zeer kleine hoeveelheden, Ondenc en Chenin blanc gebruikt. Ugni blanc is een secundair druivenras (maximaal 25%). Het percentage sauvignon in de wijngaard moet minstens gelijk zijn aan dat van Ugni blanc als deze laatste aanwezig is. Voor alle Bergerac A.O.C.-wijnen moeten minstens twee druivenrassen samengevoegd worden.Appellatie De kwaliteiten van deze wijnen komen vooral tot hun recht dankzij de wijnen van Château Tour des Gendres, Château Moulin Caresse en Domaine de L'Ancienne Cure.